The Price of Tomorrow

Door de ontwikkelingen van de afgelopen jaren en de economische situatie die dat momenteel tot gevolg heeft zijn veel mensen tegenwoordig zeer bekend met het begrip inflatie. In sommige maanden tikte de inflatie de 14% aan, en dit betekent dat de goederen die men koopt ten opzichte van een jaar daarvoor 14% in prijs zijn gestegen. Overigens geeft zelfs dit nog een vertekend beeld omdat bijvoorbeeld huizen buiten de officiële inflatiecijfers worden gehouden, maar dit terzijde. Hoe dan ook weet de gemiddelde Nederlander inmiddels donders goed dat de koopkracht drastisch aan het afnemen is. In landen zoals Libanon, Venezuela en Zimbabwe zijn de desastreuze effecten van inflatie nog beter te zien omdat de valuta in deze landen letterlijk met honderden procenten in waarde is gedaald.

Inflatie wordt door veel mensen gezien als een natuurlijk verschijnsel. Officiële doelstelling van de centrale banken is om ook een klein beetje inflatie na te streven: dit zou goed zijn voor de economie omdat mensen dan minder sparen en meer geld uitgeven. De econoom Keynes is met deze stelling gekomen en pleitte op die manier voor het ingrijpen van overheden, via centrale banken, in de geldhoeveelheid die in omloop is. Hoe meer geld er in omloop wordt gebracht, hoe minder dit geld waard wordt. Om deze reden is bijvoorbeeld goud zeer waardevast omdat het jaarlijks nieuw gedolven goud een zeer kleine en voorspelbare hoeveelheid van het totaal betreft. Vanwege de aanname dat inflatie een soort van natuurfenomeen is zoals het weer vragen weinig mensen zich af of het bestaan ervan wel zo logisch en belangrijk is.

Jeff Booth stelt in zijn boek ‘The Price of Tomorrow’ dat deflatie natuurlijk is. Deflatie betekent dat geld meer waard wordt en goederen en diensten dus minder gaan kosten op termijn. Door technologische ontwikkeling heeft iedereen tegenwoordig een gratis rekenmachine op zijn of haar smartphone, maar zo’n 20 tot 30 jaar geleden kostte een goede rekenmachine vaak nog wel meer dan 100 gulden. Echter, door de technologische ontwikkeling is dit goedkoper en zelfs gratis geworden. Ook onderwijs in de vorm van podcasts en content op bijvoorbeeld YouTube is in veel gevallen gratis geworden. In veel vakgebieden kun je je tegenwoordig op deze manier voor niets bekwamen waar vroeger een duur diploma van een universiteit of hogeschool nodig was. Een diploma heeft uiteraard nog steeds een intrinsieke waarde maar de ontwikkeling van internet heeft er aan bijgedragen dat men veel makkelijker en goedkoper kan leren, dan zeg enkele tientallen jaren geleden. Ook voedselproductie is door moderne landbouwtechnieken veel goedkoper geworden dan dat decennia geleden het geval was. Met de opkomst van AI en robotisering is de trend van deflatie er één die zich stug zal doorzetten.

Waarom wordt dan toch alles duurder? Omdat ons door de overheid gefiatteerde geld stuk is. Overheden kunnen het niet laten om gratis dingen weg te geven om potentiële stemmers voor zich te winnen en om deze zaken te financieren zou men eigenlijk belasting moeten heffen. In oude beschavingen waarin goud en zilver de valuta vormden was dit de enige manier om jezelf als overheid te bedruipen. Tegenwoordig kan men echter miljarden euro’s ‘bijprinten’ met een druk op de knop van de centrale bank. Op deze wijze werden de waanzinnige steunpakketten gefinancierd tijdens corona en ook de vele militaire interventies van de afgelopen vijftig jaar werden en worden grotendeels op deze wijze gefinancierd. Omdat er een bepaalde grens is wat een bevolking pikt wat betreft belasting is inflatie een stiekeme manier om toch de overheidsdoelen te realiseren. Door de geldontwaarding die echter optreedt door inflatie is dit voor de gemiddelde burger uiteindelijk een geniepige extra belasting. Het effect is namelijk dat je alsnog minder te besteden hebt, hetzelfde effect dus van een extra belasting. Je krijgt dan wel misschien een subsidie of toeslag, het geld dat hiervoor gebruikt wordt zorgt echter voor vermindering van de waarde van het beetje geld dat je hebt. Dure sigaren uit eigen doos dus, want het rondpompen van geld door de overheid gaat met heel veel overhead gepaard.

We hebben zodoende een ander geld nodig dat beter past bij onze wereld waarin deflatie de uiteindelijk logische richting is. Jeff Booth, de auteur van dit boek, is een fervente bitcoiner en verwacht dus ook dat Bitcoin deze rol zal gaan vervullen. Omdat er geen centrale autoriteit is die meer Bitcoin kan bijdrukken is dit geld niet te corrumperen, in tegenstelling tot de fiat valuta die beheerd worden door centrale bankiers in samenspraak met overheden. De inflatie van Bitcoin is zeer voorspelbaar en neemt iedere vier jaar af: het aantal nieuwe munten dat per tien minuten vrijkomt halveert dan. Mochten we een valuta gaan gebruiken die niet als een gek wordt verruimd zoals dit nu het geval is, is de verwachting dat deze valuta op termijn intrinsiek meer waard wordt. De vraag naar dit geld neemt namelijk toe terwijl het aanbod gestaag afneemt. In deze wereld zou sparen ook weer lonen en kan de mensheid zich weer gaan richten op grote langetermijndoelen. Een ander gevolg van continue geldontwaarding is namelijk dat het meer loont om je geld vandaag uit te geven dan morgen: morgen is het immers minder waard.

Conclusie van het boek is dat deflatie de natuurlijke ontwikkeling zou zijn voor de mensheid, waarbij we met zijn allen steeds rijker en welvarender worden. Het enige dat dit in de weg staat is onze huidige vorm van geld dat verziekt en gecorrumpeerd is. Vroeg of laat zal dit systeem echter breken onder haar eigen schuldengewicht zoals dit in 2008 ook al is gebeurd. Waar er toen geen alternatief was, hebben we dat nu echter wel. Koop Bitcoin.